Ondernemingsrecht; Enquêteprocedure Meavita

Ondernemingsrecht; Enquêteprocedure Meavita

Op grond van art. 5 leden 2 en 3 RO in verbinding met art. 66 lid 2 RO dient een beschikking van de ondernemingskamer, op straffe van nietigheid, te worden gewezen door drie rechters en twee deskundige leden.

Een beschikking wordt gewezen wanneer alle rechters – en, in het geval van de ondernemingskamer, deskundige leden – die over de zaak oordelen de tekst van de uit te spreken beschikking hebben vastgesteld.

Nadat een rechter is gedefungeerd, kan hij niet meer als ′rechter′ in de zin van deze voorschriften worden aangemerkt.

Vernietiging

De Hoge Raad vernietigt de beschikking van de ondernemingskamer en verwijst de zaak terug voor een volledig nieuwe behandeling.

Ga naar de uitspraak:

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2016:2607
img_0624